Donderdag 21 juni 2018 - Korfbal

Toernooisysteem:
Er wordt gespeeld in poules. Alle teams spelen binnen een poule één keer tegen elkaar.
Een gewonnen wedstrijd levert 2 punten op, een gelijkspel 1 punt en een verloren wedstrijd 0.
Na de eerste poulefase worden alle teams ingedeeld in een nieuwe poule, waarbij alle nummers 1 van de eerste ronde bij elkaar inkomen, alle nummers 2 enzovoort. Ook in deze poule spelen alle teams weer één keer tegen elkaar. Als al deze wedstrijden voorbij zijn worden de poule-uitslagen onder elkaar gezet en dat vormt de uiteindelijke uitslagenlijst van 1 – xx
Via het priktoernooi kan de geleden schade bij het monokorfbal worden herstelt of andersom.
Terwijl er in het veld een wedstrijd korfbal wordt gespeeld, vindt er tegelijkertijd een priktoernooi plaats. Ook hier geldt een gewonnen wedstrijd levert 2 punten op, gelijkspel 1 en verlies 0. Een ronde kan dus 0 tot 4 punten opleveren voor een team.
Monokorfbal
Korfbal wordt 4 tegen 4 gespeeld op een veld met 2 korven. Het vak bestaat uit 2 heren en 2 dames.
Daarbij is het doel om te scoren in de korf van het andere team met inachtneming van de regels.
Priktoernooi
Tegelijk met de wedstrijd zal er een prik toernooitje zijn. De teams die in het veld strijden,
strijden tegelijkertijd naast het veld.
Een tweetal spelers zal hierbij het opnemen tegen een tweetal van het andere team.
Het is zaak om zoveel mogelijk doelpunten te scoren.
Spelregels:
Monokorfbal
Monokorfbal wordt gespeeld 4 tegen 4. Hierbij bestaat een viertal uit minimaal 2 dames.
Een tegenstander van hetzelfde geslacht mag worden verdedigd door beide tegenstanders.
Er zijn dus geen vaste koppels. Korfbal is een sport waarbij lichamelijk contact niet is toegestaan,
maar duels niet zijn verboden.
Een scheidsrechter bepaald te alle tijde wanneer een duel niet meer binnen de regels plaats vindt.
Het is niet toegestaan om:
- Met de bal in de hand te lopen. Pivoteren (1 voet aan de grond en met de andere uitstappen) mag wel.
- De bal met voet of onderbeen te raken.
- Verdedigd te schieten of te scoren. Wanneer een tegenstander met 1 of 2 handen omhoog binnen armlengte voor je staat,
mag je niet schieten of scoren.
- Een tegenstander af te houden of weg te duwen.
- Tijdens een doelpoging een tegenstander dermate te hinderen dat scoren onmogelijk wordt. Hierbij geldt ook dat de korf niet mag
worden verplaatst tijdens een doelpoging. Bijvoorbeeld door er tegen aan te duwen of mee te schudden.
Priktoernooi
Bij het priktoernooi wordt er in tweetallen gestreden. Er staan twee korven tegenover elkaar op ongeveer 5 meter. De koppels mogen om en om schieten en proberen te scoren. Eerst is nummer 1 van koppel 1 aan de beurt, daarna nummer 1 van koppel 2, hierna is nummer 2 van koppel 1 aan de beurt en daarna nummer 2 van koppel 2. Na elke vijf doelpunten word er gewisseld van kant. (5-0, 4-1, 3-2 etc)
Na de wissel gaat de telling gewoon door. De tijden van het priktoernooi lopen gelijk met de tijden van de wedstrijden.
Wanneer het laatste fluitsignaal voor de wedstrijden heeft geklonken en het team wat bij het prikken niet is begonnen is aan de beurt om te schieten krijgen zij nog het ‘na-schot’
Wisselen binnen de wedstrijd en het priktoernooi
Een speler mag zowel meedoen aan het priktoernooi als aan de wedstrijd. Wanneer je bijvoorbeeld in het korfbalveld hebt gestaan,
daarna wisselt met iemand aan de kant, om vervolgens de plaats van je teamgenoot in te nemen bij het priktoernooi mag dat allemaal.
(en omgekeerd)
Er wordt gespeeld in poules. Alle teams spelen binnen een poule één keer tegen elkaar.
Een gewonnen wedstrijd levert 2 punten op, een gelijkspel 1 punt en een verloren wedstrijd 0.
Na de eerste poulefase worden alle teams ingedeeld in een nieuwe poule, waarbij alle nummers 1 van de eerste ronde bij elkaar inkomen, alle nummers 2 enzovoort. Ook in deze poule spelen alle teams weer één keer tegen elkaar. Als al deze wedstrijden voorbij zijn worden de poule-uitslagen onder elkaar gezet en dat vormt de uiteindelijke uitslagenlijst van 1 – xx
Via het priktoernooi kan de geleden schade bij het monokorfbal worden herstelt of andersom.
Terwijl er in het veld een wedstrijd korfbal wordt gespeeld, vindt er tegelijkertijd een priktoernooi plaats. Ook hier geldt een gewonnen wedstrijd levert 2 punten op, gelijkspel 1 en verlies 0. Een ronde kan dus 0 tot 4 punten opleveren voor een team.
Monokorfbal
Korfbal wordt 4 tegen 4 gespeeld op een veld met 2 korven. Het vak bestaat uit 2 heren en 2 dames.
Daarbij is het doel om te scoren in de korf van het andere team met inachtneming van de regels.
Priktoernooi
Tegelijk met de wedstrijd zal er een prik toernooitje zijn. De teams die in het veld strijden,
strijden tegelijkertijd naast het veld.
Een tweetal spelers zal hierbij het opnemen tegen een tweetal van het andere team.
Het is zaak om zoveel mogelijk doelpunten te scoren.
Spelregels:
Monokorfbal
Monokorfbal wordt gespeeld 4 tegen 4. Hierbij bestaat een viertal uit minimaal 2 dames.
Een tegenstander van hetzelfde geslacht mag worden verdedigd door beide tegenstanders.
Er zijn dus geen vaste koppels. Korfbal is een sport waarbij lichamelijk contact niet is toegestaan,
maar duels niet zijn verboden.
Een scheidsrechter bepaald te alle tijde wanneer een duel niet meer binnen de regels plaats vindt.
Het is niet toegestaan om:
- Met de bal in de hand te lopen. Pivoteren (1 voet aan de grond en met de andere uitstappen) mag wel.
- De bal met voet of onderbeen te raken.
- Verdedigd te schieten of te scoren. Wanneer een tegenstander met 1 of 2 handen omhoog binnen armlengte voor je staat,
mag je niet schieten of scoren.
- Een tegenstander af te houden of weg te duwen.
- Tijdens een doelpoging een tegenstander dermate te hinderen dat scoren onmogelijk wordt. Hierbij geldt ook dat de korf niet mag
worden verplaatst tijdens een doelpoging. Bijvoorbeeld door er tegen aan te duwen of mee te schudden.
Priktoernooi
Bij het priktoernooi wordt er in tweetallen gestreden. Er staan twee korven tegenover elkaar op ongeveer 5 meter. De koppels mogen om en om schieten en proberen te scoren. Eerst is nummer 1 van koppel 1 aan de beurt, daarna nummer 1 van koppel 2, hierna is nummer 2 van koppel 1 aan de beurt en daarna nummer 2 van koppel 2. Na elke vijf doelpunten word er gewisseld van kant. (5-0, 4-1, 3-2 etc)
Na de wissel gaat de telling gewoon door. De tijden van het priktoernooi lopen gelijk met de tijden van de wedstrijden.
Wanneer het laatste fluitsignaal voor de wedstrijden heeft geklonken en het team wat bij het prikken niet is begonnen is aan de beurt om te schieten krijgen zij nog het ‘na-schot’
Wisselen binnen de wedstrijd en het priktoernooi
Een speler mag zowel meedoen aan het priktoernooi als aan de wedstrijd. Wanneer je bijvoorbeeld in het korfbalveld hebt gestaan,
daarna wisselt met iemand aan de kant, om vervolgens de plaats van je teamgenoot in te nemen bij het priktoernooi mag dat allemaal.
(en omgekeerd)
|